06 120 850 34 | info@luutjeniemantsverdriet.nl Facebook Linkedin

De drogist had allemaal lekkere luchtjes

De groentewinkel Van Straten.Frans en Riki van Driel vestigden zich in 1966 als jong gezin in de Hindestraat op nummer 60, aan de linkerkant gezien vanuit de Hertstraat richting Marterstraat/Groenestraat. Zij vertellen over de buurtwinkels in de wijk.

Riki: Het is wel fijn als er in je buurt winkels zijn. Als ik hier de straat uitloop, dan hadden we links op de hoek van de Marterstraat en de Groenestraat een Centra, een kruidenierswinkel, waar nu Bernink zit. Die Centra-winkel was toch al semi-zelfbediening, met een toonbank, maar de dingen passeerden de kassa. Aan de overkant van de Marterstraat, waar nu Loong Sing zit, zat een heel ouderwetse drogist.

Frans: Daar haalde ik terpentine en dat soort dingen. Die kon je daar kopen.

Riki: Maar dat zat al wel verpakt. Ik geloof niet dat je dat daar los kocht in flessen. Die winkel stond helemaal bomvol, een echt ouderwetse drogist met allemaal lekkere luchtjes. Je rook er van alles: kamfer, dropjes, ze hadden ook wat kruiden en dan de luchtjes van zalfjes en zo. Het rook er altijd heel lekker. Het waren al wat oudere mensen en ik weet niet wat er in is gekomen toen ze stopten. Niet meteen Loong Sing.

Met hakblok en bloederig schort

Riki: Je had slager Beukers, met zo'n hakblok en een heel bloederig schort. Ik moest een mooi stukje vlees kopen om soep van te maken, want mijn schoonouders kwamen eten. Dan pakte hij wat en sloeg erop. Hij zat in dat stukje naar de Groenestraat toe, net voor waar die vijf of zes woonhuizen beginnen. Later is daar een cateringbedrijf gekomen. Ik ging naar die slager als mijn andere slager vakantie had. Ik had het gevoel dat hij dan dacht: waarom kom je nu en de andere keren niet, maar dat kan ook wel aan mij gelegen hebben.

Ik ging eigenlijk naar de overkant van de Groenestraat, naar Jan Heussen. Dat was een goeie slager, die kwam van een familie uit de binnenstad. Daarnaast zat een klein groentewinkeltje, ik weet niet meer hoe dat heette, die mensen woonden aan deze kant van de Groenestraat, dat weet ik wel. Daar weer naast was een bloemenwinkel, er hebben verschillende bloemenwinkels in gezeten, maar dat was het zo, op een rijtje.

Adriaanse was een slager en die zat iets verder dan groenteman Van Straten, aan de linkerkant van de Groenestraat. Daar kwam ik ook weleens, toen Meussen was gestopt, hij is al lang overleden, kwam ik ook wel bij Adriaanse.

Frans: Dat was een heel oud baasje.

Riki: Daarna is daar Wim Coenen in gekomen, een heel goede slager, die heeft nu zijn winkel in de Fransestraat.

Mag ik de bloemkool nog ruilen?

De groentewinkel heette Van Straten. Dat waren drie broers en een van die jongens kwam met een ventwagen langs de deur. De andere twee broers bedienden in de winkel. Maar je moest elkaar al kennen, want anders raakte je niet zomaar met elkaar aan de praat.

Frans: Ik weet nog dat hij hier voor de deur stond en de overbuurvrouw een bloemkool kocht. Daar was ze mee naar huis geweest en toen kwam ze terug: Mag ik hem nog ruilen voor een andere?

Riki: De groenten lagen mooi schuin opgeladen, aan twee kanten. Hij kwam drie keer in de week, op maandag, op woensdag en op vrijdag. En ik denk dat hij dan de andere dagen een ander stukje van de Hazenkamp bediende, dat kan heel goed. Er kwamen toch wel veel vrouwen naar de wagen toe lopen. Mijn buurvrouw, van mevrouw Brugman durf ik het niet te zeggen, mevrouw Gerhardt zag ik ook altijd, mevrouw Van Doorn, Sinie Kleyer, mevrouw Kooij zag ik ook weleens een enkele keer. Hier was altijd grut en soms kon ik niet weg. Als ik echt niet weg kon, ging ik later maar eventjes naar de winkel. Dat was altijd heel leuk, Gerard van Straten, een heel aardige man. Dan had je Piet, en hoe heette nou die andere? De oudste, die was het minst vriendelijk.


<< Terug naar het overzicht

Mijn specialismen